Interview met Daniël Becker: afscheid

Daniel
Nathalie Nede
Door Nathalie Nede op 26 februari 2022 om 19:58

Interview met Daniël Becker: afscheid

Daniël neemt afscheid als Arnhems Christen Unie-Raadslid en -fractievoorzitter. In dit interview wordt Daniël geïnterviewd en worden er een aantal vragen gesteld over zijn raadsperiode, hoogte- en dieptepunten en de toekomst. 

Daniël, hoe lang heb je in Gemeenteraad Arnhem voor de ChristenUnie gezeten?
Ik ben in 2014 verkozen als raadslid, naast lijsttrekker Addy Plieger. Als gezin woonden we toen 10 jaar in Arnhem, en ik ben van mening dat je wel een beetje thuis moet zijn in je stad om je verkiesbaar te durven stellen! In 2018 werd ik herkozen voor een 2 e termijn, en nam toen Addy’s plek
in als fractievoorzitter. Als ik in maart terugtreed, heb ik dus 8 jaar volgemaakt.

Leuk om hier te vertellen dat mijn verkiezing in 2014 mij echt overviel! Ik had mij voorbereid op een functie als fractievolger, en bleek toen opeens gekozen te zijn als tweede raadslid. Voor mijn installatie moest ik in allerijl vrij nemen van mijn werk als verpleegkundige in Rijnstate Ziekenhuis, en het was aan mij om mij snel vertrouwd te maken met alle protocollen en mores.

Hoe kijk je terug op je raadsperiode?
Als een prachtige manier om de Arnhemse burger te vertegenwoordigen in de lokale democratie. Uit een lezing heb ik ooit meegenomen dat je als volksvertegenwoordiger een dienaar van de gerechtigheid bent. Hoeveel tijd je ermee kwijt bent, is sterk verschillend: er zijn weken waarin het
raadslid zijn je nauwelijks tijd kost, maar in de tijd van de begroting of de perspectiefnota kun je er zomaar tientallen uren per week mee zoet zijn.

Overigens heb ik altijd bijzonder gevonden dat elke burger ook zonder opleiding of voorkennis mag worden gekozen in het hoogste orgaan van de gemeente! Moet je nagaan: als je de andere raadsleden van je standpunt kunt overtuigen, voert het College dat gewoon uit! Dat zo’n ‘machtspositie’ bereiken voor iedere burger in principe mogelijk is – dát maakt voor mij democratie bijzonder. Ik ben God dankbaar dat ik op deze manier dienend bezig mocht zijn.

Vertel eens over het inwerkprogramma voor nieuwe gemeenteraadsleden.
Nieuwe raadsleden starten vaak met een ludiek programma om Arnhem te leren kennen, bijv. een gezamenlijke fietstocht (en dat door een stad die de meeste hoogtemeters van heel Nederland heeft!), of een escaperoom. Ook een informatiemarkt met belangrijke partners als Stichting Volkshuisvesting, zorgaanbieders, ondernemers en grote werkgevers in de stad maakt deel uit van de introductie. Verder is een belangrijk moment de briefing door ambtenaren over de staat van de stad: je wordt dan collectief bijgepraat over de ‘ins & outs’ van (toekomstig) beleid.

Wat ik me trouwens wel echt eigen heb moeten maken, zijn de zgn. ‘harde’ vraagstukken, als de begroting, verordeningen, bestemmingsplannen.

Overigens horen gesprekken met individuele burgers en het kennismaken met wijken voor mij ook bij het thuis raken als volksvertegenwoordiger. Per e-mail ben ik goed bereikbaar voor de burger, en ik doe mijn best om ieders belang én het gezamenlijke belang te behartigen. Soms ga ik daarin zover dat ik bij mensen thuis op bezoek ga en mooie dieptegesprekken met hen mag voeren. Bijv. met een ouder van een kind dat met leerlingenvervoer naar het speciaal basisonderwijs moet, maar waar in het gezin problemen zijn met de bekostiging. Wel handig dan als je de wethouder kent om een knelpunt onder de aandacht te brengen. Waar je overigens voor moet waken is dat je je niet door de individuele burger voor diens karretje laat spannen, dus: blijf realistisch in je toezeggingen wat je voor iemand kunt bereiken voor iemand die een probleem ervaart. We zijn geen ‘ombudsman-partij’.
...
Sinds 2014 heb ik heel Arnhem leren kennen van haver tot gort. Vaak fietste ik zelf naar de wijk toe, als er onduidelijkheid was rondom toegestane bouwhoogte, de asfalt-geluidsnorm ter plekke, of de interpretatie van een bestemmingsplan. Hoe mooi om, als ik daar iemand zag lopen, in gesprek te raken over een door wijkbewoners ervaren knelpunt.

Wat was voor jou persoonlijk een hoogtepunt?
Om te beginnen: mijn streven is altijd geweest om betrouwbaarheid uit te stralen, voorspelbaarheid in positieve zin. Belangrijk is voor mij geweest dat de interne Gedragscode door de raad werd aangenomen, waardoor we elkaar konden aanspreken op de wijze van omgang met elkaar, maar ook met insprekers in de raadsvergadering (die soms werden uitgejouwd!). De sfeer was bij tijden ronduit onveilig te noemen, met bedreigingen en al – zoals bijv. in de Zwarte-Piet-discussie. Ik heb sterk de indruk dat deze harde bejegening uiteindelijk zachter is geworden – misschien doordat in aanloop naar de verkiezingen de energie meer op de inwoner en minder op elkaar is komen te liggen ...

Wat ik daarbij altijd een mooi principe heb gevonden is: wat in de openbaarheid gebeurt (bijv. een incident) moet je ook in het openbaar weer adresseren, en als het maar even kan: weer goedmaken.

Voor de stad heb ik mij sterk gemaakt op het dossier van woningsplitsing en verkamering. Uit onderzoek bleek dat 14,2% van alle woningen in Arnhem in handen is van beleggers. Deze woningenworden niet zelden slecht onderhouden; bovendien ervaren tijdelijke huurders niet altijd verbinding met hun woonbuurt, en investeren ze daar zelf ook vaak niet in. Soms is er sprake van overlastgevend gedrag in een dichtbevolkte omgeving (geluid, vuilniszakken opgehoopt in de tuin etc.). Bij arbeidsmigranten komt daar nog het probleem van overbewoning bij – waarbij ik wel nadrukkelijk opmerk dat onze CU-fractie, die wil opkomen voor de zwakkere Arnhemmer, juist ook de arbeidsmigrant in het oog wil houden als de nóg zwakkere vreemdeling in onze poorten. Zij wonen wél, maar werken niet in onze stad, en worden vaak uitgebuit – juist een warm welkom aan hen vinden we essentieel. Samen met de PvdA en D66 hebben we sterke druk gezet op de Gemeente om hiervoor beleid te ontwikkelen. Inmiddels heeft de Gemeente breed vooronderzoek gedaan met het oog op de juridische onderbouwing – om sterker te staan in het gevecht met de machtige
beleggers en huisjesmelkers.

Tenslotte noem ik hier de onderwijshuisvesting: door volharding en vasthoudendheid is Evangelische Basisschool De Rank nu ondergebracht in een deugdelijk schoolgebouw in Rijkerswoerd, en komt er nieuwbouw voor de GSG Guido in de Geitenkamp.

Kun je een voorbeeld noemen van inbreng in de raad die werd geïnspireerd vanuit je christen-zijn?
Hier leent de begrotingstoespraak zich goed voor. Zo nam ik eens de tocht van het volk Israël door de woestijn, zoals beschreven in het Bijbelboek Exodus, als uitgangspunt.

Goed om je als christelijke partij te realiseren hoeveel verschillende christenen er zijn. Soms was er op een bijeenkomst van de partij wel eens geen veganistische voeding beschikbaar. Daarnaast hebben we allemaal onze eigen stijl, ook in de verschillende kerken. In deze tijd van toenemende
assertiviteit zijn we voor elkaar niet allemaal even aardig, maar horen we ook wel eens: ‘We hadden niet verwacht dat een christelijke partij zó verontwaardigd of scherp kan optreden!’ Best een compliment, toch.

Was er voor jou ook een dieptepunt in de afgelopen 8 jaar?
Ik heb gedurende 2 jaar de rol van vicevoorzitter vervuld, vanuit mijn bevlogenheid om van daaruit de bestuurscultuur in de Arnhemse politiek aan te pakken en zodoende de stad te dienen. Dit heeft echter veel gevraagd van mijzelf, maar ook van Nathalie Nede als mede-fractielid. Als beginner heeft zij moeilijke debatten alleen moeten voeren. Zelf liep ik ertegenaan – behalve de tijd die het vroeg – dat ik als vicevoorzitter niet altijd het achterste van mijn tong kon laten zien.

Wat wens je je opvolger Nathalie toe als lijsttrekker?
Van harte wens ik haar Gods zegen toe op al haar werk als volksvertegenwoordiger! Verder hoop ik dat de CU na de verkiezingen met 2 mensen in de raad mag blijven – en als ik even mag dagdromen: liefst met 3! Zodat Nathalie zich ondersteund mag voelen en al het werk beter verdeeld kan worden.

Vanuit het vertrouwen dat ik in mijn opvolger(s) heb, kan ik nu het werk loslaten en afstand nemen.

En tenslotte: wat ga jijzelf na de gemeenteraadsverkiezingen op 16 maart as. eigenlijk doen?
Ik ben betrokken bij de Orthodoxe parochie in Nijmegen, en vervul er de functie van secretarisbestuurder en altaardienaar. Je assisteert dan ook de priester bij het vieren van de mis. In deze kerk ambieer ik een functie als diaken, of misschien wel priester. Maar bij ons is een roeping nooit een individueel gevoelen, maar een breed gedragen besef dat ontstaat in een geleidelijk proces. Gaandeweg worden steeds meer taken door de gemeente aan jou toevertrouwd. Tenslotte komt dan misschien het moment dat je officieel gewijd kunt worden in je bediening. Daniël: dank je voor dit interview, en natuurlijk voor alles wat je in de afgelopen tijd voor de stad, haar burgers en de ChristenUnie betekend hebt!


Arnhem, 24 februari 2022
Interviewer: Dorothée Melse